Maakt calciumoxide (ongebluste kalk) de biofilm kapot in kraamstallen en/of batterijen?
Het gebruik van de werkzame stof calciumoxide als ontsmettingsmiddel voor kraamstallen en/of biggenbatterijen heeft betrekking op de biociden wetgeving1,2,3. Enkel het gebruik van biociden die worden vermeld op de lijst van de toegelaten biociden is in België toegelaten. Daar calciumoxide niet vermeld wordt op deze lijst, is het gebruik ervan in België niet toegelaten als ontsmettingsmiddel in stallen. Vooraleer biociden gebruikt mogen worden, moeten deze namelijk verplicht beschikken over een toelating of een kennisgeving, uitgereikt door de Federale minister van leefmilieu om op de Belgische markt te mogen gebracht worden. Vernietigen van micro-organismen/biofilm De reductie in het aantal omgevingskiemen die wordt bekomen door het toegepaste reinigings- en ontsmettingsprotocol hangt in grote mate af van de reinigingsstap die aan de ontsmetting voorafgaat. Dus ongeacht welk ontsmettingsmiddel wordt gebruikt, heeft de ontsmetting enkel een goed effect als de voorafgaande reiniging grondig is gebeurd. Ter informatie vindt u een voorbeeld van een ideaal reinigings- en ontsmettingsprotocol terug. Het effect van een reinigings- en ontsmettingsprotocol kan worden geëvalueerd door het nemen van afdrukplaatjes (hygiënogram) op verschillende plaatsen in de stal, zowel voor als na de reiniging en ontsmetting. Specifieke wetenschappelijke informatie over het effect van calciumoxide op biofilms en bepaalde bacteriën die voorkomen in stallen is schaars. Als er effecten worden beschreven, gaat het meestal over de invloed ervan op één specifieke bacteriesoort. Uit Canadees onderzoek blijkt dat calcium (aanwezig in calciumoxide) mogelijk een rol kan spelen in het beter laten overleven van anthrax spores (afkomstig van Bacillus anthracis) op landbouwbedrijven . Calciumoxide is etsend, waardoor contact met dieren moet worden vermeden. In biofilms, welke naast verschillende bacteriesoorten ook een soort suikerlaag en vaak ook mineralen bevatten, zijn de bacteriën bovendien beter beschermd tegen ontsmetting. Deze suikerlaag werkt als een beschermlaag en kan niet vernietigd worden door het ontsmettingsmiddel. Om een effectieve werking van het ontsmettingsmiddel te garanderen moet bijgevolg eerst deze beschermingslaag vernietigd worden.